'Gorp de Leij’ van Brabants Landschap wordt geheel omsloten door het veel grotere landgoed ‘Gorp en Roovert’ van de familie Van Puijenbroek, waar het één geheel mee vormt. Landschappelijk hoogtepunt is wel de ‘meanderende’ (kronkelende) loop van de Rovertsche Leij, waaraan een reeks bosweitjes liggen. Deze beek is ‘dynamisch’: de buitenbochten ‘eroderen’ (slijten uit) en de binnenbochten ‘sedenteren’ (verlanden). En zo kronkelt de beek zich in de loop der tijd als een slang door het landschap …

De voormalige ‘spijker’ of tiendhoeve die middenin dit landgoed ligt dateert van 1641. Boeren betaalden er de pacht in natura, elke tiende schoof was voor de eigenaar. Er bestonden verschillende soorten van: vee tiend, kleinveetiend, zuiveltiend, graantiend etc. De Nieuwe Hoef werd dus gebruikt als opslagplaats voor de ‘vruchten des velds’.